FlipGo Dual getest: draagbare monitor voor digitale nomaden

Met de opkomst van de digitale nomade worden draagbare beeldschermen steeds populairder. Onze collega Jan Johannsen heeft onlangs hier hun basis voor- en nadelen belicht. Eenvoudige modellen zijn al verkrijgbaar vanaf 150 frank. Als je meer oppervlak en een betere beeldkwaliteit wilt, zul je dieper in de buidel moeten tasten: Ik heb de 649 frank kostende FreeVoice FlipGo Dual getest.

Voor de hogere prijs krijg je een uitklapbaar dubbel scherm. De twee 16-inch schermen zijn boven elkaar geplaatst en onder Windows kun je ze ook 90 graden draaien en naast elkaar gebruiken. Ze worden gevoed via een voeding of via USB-C van een laptop. De specificaties in één oogopslag:

• Formaat: 2 × 16 inch, 16:10, matte coating
• Resolutie: 2560 × 1600 pixels elk, 189 ppi pixeldichtheid
• helderheid: maximaal 500 nits
• Beeldfrequentie: 60 Hertz
• Kleurruimtedekking: 100 procent sRGB
• Signaaloverdracht: Mini HDMI, USB-C
• Gewicht: 1,59 kilogram

De fabrikant geeft geen informatie over de responstijd. Aangezien niemand games wil spelen op een draagbaar beeldscherm, doet dit er nauwelijks toe.

Mobiele werking met beperkingen

De FlipGo Dual wordt geleverd met een scharnierende standaard. Deze is klein maar verrassend stabiel. Ik plaats het scherm naast mijn 16-inch MacBook Pro en sluit het aan via USB-C. Omdat de poort zich aan de linkerkant bevindt, plaats ik hem links van de laptop en voer de kabel door achter het externe beeldscherm. In de omgekeerde opstelling zou ik hem iets naar achteren moeten schuiven, zodat de connector niet in de weg zit.

De draagbare monitor werkt ook via USB-C zonder extra voeding. In dit geval trekt het natuurlijk de batterij van de laptop leeg. Met mijn MacBook Pro kan ik ongeveer vijf uur werken, zonder extern beeldscherm gaat het meer dan twee keer zo lang mee.

De tweede voedingsoptie: Ik sluit de voeding aan op de tweede USB-C poort. Dit verhoogt de maximale helderheid, de draagbare monitor wordt een dockingstation en laadt mijn MacBook op. De meegeleverde voedingsadapter met 65 watt is echter te zwak voor twee apparaten: als ik de helderheid van het beeldscherm verhoog en tegelijkertijd de laptop oplaad, wordt de FlipGo Dual instabiel en start hij constant opnieuw op - in het ergste geval in een eindeloze lus omdat ik niet snel genoeg in het menu kan komen om de helderheid weer te verlagen voor de volgende herstart.

Een krachtigere voeding zoals die op mijn MacBook Pro met 140 watt lost het probleem op. Anders kan de volledige helderheid van 500 nits alleen worden gebruikt als de batterij van de laptop vol is of als ik de monitor via HDMI aansluit. Zo'n ontwerpfout hoort niet thuis in een hoogwaardig product. Het energiebeheer zou op zijn minst de helderheid moeten vergrendelen voordat de voeding in paniek aan de noodrem trekt.

Kleurnauwkeurig en prachtig helder op stroom

Met een resolutie van 2560 × 1600 pixels elk hebben de twee beeldschermen een relatief hoge pixeldichtheid van 189 pixels per inch (ppi). De meeste andere draagbare beeldschermen moeten het doen met een Full HD resolutie - hoewel dit ook voldoende is. Qua helderheid is er een groot verschil tussen gebruik met of zonder voeding: het beeldscherm haalt slechts 78 nits als het is aangesloten op een laptop. Dit is in het beste geval voldoende in een donkere kamer. Met een voeding is het tot 493 nits, wat een goede waarde is. De monitor ondersteunt geen HDR.

Grijstinten zijn goed onder controle, de gammacurve vertoont geen grote uitschieters. Helderheidsgradaties worden dan ook vrij nauwkeurig weergegeven. De witbalans is af fabriek te koel, wat gelukkig kan worden gecorrigeerd met een handmatige RGB-instelling. Het maximale contrast is 1200:1 - een typische waarde voor een IPS-scherm.

Hoe lees je de grafiek voor grijstinten?

De grafiek rechts toont de balans tussen rood, groen en blauw. In het ideale geval lopen alle drie de lijnen precies in het midden. Als dat niet zo is, heeft het grijs een kleurzweem. De grafiek hieronder laat zien hoe sterk deze afwijking is bij verschillende grijsniveaus. De gammawaarde linksboven laat zien hoe goed de gradaties tussen de grijstinten zijn. De grijslijn moet zo dicht mogelijk bij de gele lijn liggen, die de doelwaarde van een 2,2 gammacurve weergeeft. Anders kloppen de contrasten niet.

De kleurnauwkeurigheid is ook prima. Het beeldscherm is afgestemd op de DCI-P3 kleurruimte, die 99 procent dekt. De gemiddelde DeltaE van de kleurafwijking is 3,3, wat een solide waarde is. De AdobeRGB dekking is ook indrukwekkend (96,2 procent). Na kalibratie zou de FlipGo Dual zeker geschikt zijn voor professioneel grafisch werk.

Werkt beter met Windows

Normaal schik ik meerdere schermen naast elkaar. Het concept van twee schermen boven elkaar is ongebruikelijk, maar het bevalt me verrassend goed. Minder belangrijke vensters verplaats ik naar de bovenste helft. Zo zitten ze niet direct in het midden van mijn gezichtsveld, maar zijn ze toch zichtbaar zonder van venster te hoeven wisselen. De FlipGo Dual verdrievoudigt de werkruimte van mijn MacBook.

Er zit echter een addertje onder het gras: ik kan het scherm onder macOS alleen in portretmodus gebruiken en alleen in de "Ultra" modus. In deze modus herkent het systeem het als één groot beeldscherm. Als ik een venster maximaliseer, vergroot het over beide delen. Ik vind dit suboptimaal, omdat het in het midden wordt onderbroken door randen. Dus moet ik de vensters handmatig aanpassen.

Het tweede nadeel onder macOS betreft het schalen. Het beeldscherm is alleen scherp in de oorspronkelijke resolutie, d.w.z. 2560 × 3200 of "zoals 1280 × 1600". De oorspronkelijke resolutie resulteert in een veel te klein beeldscherm. Daarentegen is de dubbele vergroting erg groot als ik de FlipGo Dual op laptopafstand opzet.

Deze problemen doen zich niet voor onder Windows. Hier kan ik de systeeminterface in procenten schalen en het beeld ziet er altijd scherp uit. Met behulp van DisplayLink software kan de FlipGo Dual ook worden verdeeld in twee virtuele schermen of 90 graden worden gedraaid.