Waarom het geweldig is om klein te zijn
Kleine mensen worden vaak belachelijk gemaakt. Ten onrechte, zoals je in de volgende tien punten zult zien. Want je kleine gestalte kan heel nuttig zijn.
Ik ben 164 centimeter lang en dat is genoeg. Het is genoeg om te horen wat een menselijke bonsai bernhard ik ben. Nee, je kunt niet op me leunen. Nee, je hoeft me niet op te tillen. Ja, het stinkt op okselhoogte. Uitspraken als deze gaan vaak gepaard met geveinsd medelijden. "Ik wed dat je graag langer zou willen zijn?" is me gevraagd en had ik graag willen beantwoorden: "En jij, aardig?"
Het is hoog tijd om af te rekenen met een klein postuur als nadeel. Hier zijn tien redenen om te vieren dat je klein bent.
1. heerlijke beenruimte
Of het nu in de auto, in de trein of in het vliegtuig is: als klein persoon heb je in alle vervoersmiddelen de ruimte. Eén voorbeeld: In Zwitserland stoten de knieën van mijn man tegen de stoel voor mij, ik heb bijna 20 centimeter vrije ruimte (zie omslagfoto). En, dit zal lange mensen pijn doen, ik kan zelfs mijn benen uitstrekken.
2. veel, fijne schoenen
Als klein persoon heb je vaak kleine voeten. Schoenen in maat 36 zien er niet alleen sierlijker uit, ik vind ze ook vaker in de sale omdat de meeste vrouwen 38 of 39 dragen. Mijn keuzemogelijkheden verdubbelen zelfs omdat ik kan terugvallen op kinderschoenen. Er is immers ook meer ruimte in het schoenenrek voor kleine schoentjes.
3. broeken van elke lengte
Hoge waterbroeken? Niet met mijn korte teckelbenen. Alle broeken komen minimaal tot mijn enkels, zelfs korte jeans. Langere broeken kan ik gewoon oprollen of inkorten.
4. Uitrekken op bed
Ik ben geen vreemde voor wat lange mensen vaak overkomt op vakantie: te korte bedden. Ik kan me overal uitstrekken zonder dat mijn voeten uitsteken of tegen het bedframe stoten. Vaak zelfs over het hele nest.
5. Geen hoofd stoten
Heb je ooit je hoofd gestoten in de trein of tegen een deurpost? Het doet pijn, zegt men. Ik weet het niet. Hoe dan ook, opkijken naar grotere mensen bevordert een rechte houding
6. altijd in beweging
Wij kleine mensen hebben een vrij laag zwaartepunt. Dit maakt ons niet alleen stabieler, maar ook wendbaarder, bijvoorbeeld in de sport. Nu we het er toch over hebben, als je weer eens de draak steekt met een kort persoon die tijdens een wandeling achter je aan moet rennen om bij te blijven: zo verbranden we meer calorieën. Hoe sneller je loopt, hoe slanker we worden.
7. korte val
Dankzij mijn compacte ontwerp krijg ik zelden klappen op mijn hoofd (zie punt 6): Als ik toch val, is de valafstand kort. Tot nu toe ben ik gespaard gebleven van botbreuken.
8. weinig belasting
Dat is nog niet alles als het gaat om de fysieke voordelen. Het hart en gewrichten van kleinere mensen worden ook minder belast. Dit komt door een kleiner bloedvolume en een lagere lichaamsmassa. Het risico op trombose en bepaalde soorten kanker is ook lager.
9. Onder de radar
Ik maak niet graag misbruik van situaties - tenzij vooroordelen me in de kaart spelen. Soms is onderschatting als kleine vrouw een aas in mijn mouw. Mensen hebben (letterlijk) geen hoge verwachtingen van je. Bovendien kun je, omdat je niet opvalt, een voorsprong nemen in competitieve situaties zonder op te vallen. Je wordt niet tegengehouden. Je wordt sowieso doorgelaten bij controles.
10. de geboren spaarder
"Leren sparen van de rijken" is verleden tijd. Jongeren geven minder geld uit aan eten en drinken. Ze zitten niet alleen sneller vol, ze zitten drunk. Ze hebben ook minder verzorgingsproducten nodig, zoals huidcrème of zonnebrandcrème.
Je ziet het: Ik ben 164 centimeter lang en dat is genoeg. Je bent nooit te klein om groots te zijn.
Welke voordelen zie jij in klein en groot zijn? Schrijf het in de comments.
Stadskind dat van het platteland is teruggekeerd naar het stedelijke rijk en haar zolderflat heeft omgetoverd tot een strandhuis van aloë's en vuurtorens. Dierenliefhebster die geïnteresseerd is in psychologie met een ongevaarlijke uitstraling, zwarte humor en een criminele smaak in boeken.